










LIEFDE EN OORLOG IN DE KOSMOS
door Zoë Klein
Kosmische Oorlog: “Maar Ik zal het hart van Farao verharden” (Sjemot
[Exodus] 7:3)
Sidra Waéra vertegenwoordigt een venijnige kosmische strijd. In één hoek zit
de aardgebonden god Farao, koninklijk en goudblinkend. In de andere hoek zit
Mosjé, de aardse afgezant van Él Sjaddaj, stoffig en met de mond vol tanden.
Ons wordt verteld, dat deze strijd gaat om vrijheid. Inderdaad: God versus Vrije
Wil.
Mosjé baant zich onstuimig een weg naar Farao en deelt vijf slagen uit op
Faraos Staat: bloed, kikkers, luizen, insecten en veeziekten. Farao beschermt
zichzelf door zijn hart te verharden. God heeft geprobeerd om het volk van
Egypte ontzag op te leggen, maar Farao houdt stand. Score: Vrije Wil 5, God 0.
Nieuwe strategie. God verhardt Faraos hart en deelt nog vijf slagen uit:
steenpuisten, hagel, sprinkhanen, duisternis and sterfte van de eerstgeborene.
Aan het eind van onze sidra klaagt de mishandelde Farao: “De Eeuwige staat in
het gelijk en ik en mijn volk in het ongelijk... .” (Sjemot [Exodus] 9:27).
Farao geeft het op. De Kinderen van Israel worden bevrijd, maar is darmee de
Vrije Wil verslagen?
Ze zijn nog maar net weg of “de gezindheid van Farao en zijn dienaren
veranderde” (Sjemot [Exodus] 14:5). Zij zonden legers om Israel aan te vallen,
die uiteindelijk werden verpletterd in de Rietzee. Vrije Wil overheerst tot de
laatste adem. Het lijkt erop dat Gods enige wapen tegen Vrije Wil de dood is.
Kosmische Liefde: Wat een strijd op leven en dood lijkt te zijn tussen God en
Vrije Wil is feitelijk een omhelzing door minnaars. Hoe frustrerend het ook is
voor onze Schepper, het is Vrije Wil dat ons in staat stelt om in een
waarachtige relatie te zijn. Dit wordt geïllustreerd door auteur Holly Bea in
een sierlijke verklaring geschreven voor kinderen (Where does God live? 1997):
“Hoewel God wil dat wij van God houden, wil God dat wij ervoor kiezen dit te
doen precies zoals wij besluiten van iemand anders te houden... . God had ons
kunnen maken gelijk robotten die zouden doen wat God maar wilt en wanneer Hij
het ook maar wilt, maar dan zouden wij niet het soort mensen zijn die we zijn,
en wat we deden zou dan niet meetellen, omdat de enige dingen die tellen die
dingen zijn die je hebt besloten te doen uit je eigen vrije keuze.”
Persoonlijke autonomie, de hoeksteen van het liberaal Joods gedachtegoed, wordt
door sommigen gezien als een hindernis om een waarachtige relatie met God te creëren.
Echter, autonomie is feitelijk de basis van een verbondsrelatie. Maimonides
benadrukt dit in een krachtige verklaring: “Als God had besloten, dat een
persoon óf rechtvaardig óf kwaadaardig zou zijn ... wat voor ruimte zou er dan
zijn voor de gehele Tora?” Het is de Vrije Wil die de poëzie van de profeten
zo vol verheven gevoelens maakt, de dans in de woestijn zo blij, en de gebeden
die we uiten als muziek in Gods oren.
De Uitdaging: De Vrije Wil stelt ons voor een enorme
uitdaging, zoals samengevat door Dr. Eugene Borowitz: “Het postmoderne
liberaal joodse gedachtegoed moet volledig dialectisch zijn. Het zou het
Jodendom niet ondergeschikt moeten maken aan een waarheid die afgeleid was van
de cultuur, zoals de oude liberalen deden, maar het zou niet het onderwerpen van
de persoonlijke autonomie aan de Tora mogen verlangen zoals de orthodoxie nog
steeds eist. In plaats daarvan moet het leven in een dynamisch evenwicht tussen
traditie en autonomie.” (Choices in Modern Jewish Thought, 1983). In wezen is
de uitdaging van de Vrije Wil de uitdaging om menselijk te zijn, om boven onze
instinctieve dierlijkheid uit te stijgen, om deel te nemen aan een wereld die
doordrongen is van verbijsterende romantiek en betekenis door het Verbond.
In zijn boek ‘Who is Man?’ legt Abraham Joshua Heschel de oorlog tussen God
en Vrije Wil het zwijgen op, en doet hij de liefde tussen hen ontwaken. Rabbijn
Heschel schrijft: “Besta ik als mens? Mijn antwoord is: Ik heb een opdracht
ontvangen - daarom besta ik. In het bewustzijn van de mens is er een ingebouwd
besef van verplichting, van dankbaarheid verschuldigd te zijn, van geroepen zijn
om op bepaalde momenten een wederdienst te bewijzen, te antwoorden, te leven op
een manier, die verenigbaar is met de grootheid en het mysterie van het
leven.”
Zoë Klein is assistent-rabbijn van Temple Isaiah in Los
Angeles, CA.
